De nieuwe pensioenregeling van PFZW: wat als het tegenzit?

23-07-2025 | De nieuwe pensioenregeling is gemaakt om de pensioenen in goede tijden makkelijker en sneller te kunnen laten meegroeien met de stijgende prijzen. Tegelijkertijd is het pensioeninkomen van een gepensioneerde in de nieuwe pensioenregeling beter beschermd tegen een verlaging dan nu. Maar in extreem slechte economische tijden blijft een verlaging mogelijk, net als nu. Die kans maken we wel heel klein. Hoe doen we dat dat? Op 3 manieren.

1. Gespreid beleggen

Ten eerste beleggen we het pensioengeld verspreid over veel verschillende beleggingen en over veel verschillende landen. We investeren dus niet alleen in aandelen, maar ook in bijvoorbeeld vastgoed, hypotheken, staatsleningen, infrastructuur en duurzame energie. Niet alle eieren in één mandje dus, en zo spreiden we het risico. Dat doen we overigens niet eindeloos, want we willen wel precies weten waarin we beleggen. We willen onze beleggingen kunnen volgen en verantwoorden.  

2. Voorzichtiger beleggen voor 50-plussers

Ten tweede gaan we slim om met beleggingsrisico: we zorgen ervoor dat ouderen minder risico lopen dan jongeren. Als je jong bent, kun je best veel beleggingsrisico lopen. Daarmee krijg je ook de beste kans dat je pensioen goed kan groeien. Je vermogen schommelt daardoor wel wat meer, maar als jongere heb je lang de tijd om eventuele dalingen goed te maken. Vanaf het moment dat je 50 jaar bent, gaan we stapje voor stapje voorzichtiger beleggen. Zo krijg je op weg naar je pensioen kleinere schommelingen. En dus meer duidelijkheid over wat je aan pensioen kunt verwachten. En, hoewel voorzichtiger, blijven we ook voor gepensioneerden nog steeds beleggen. Want er is nog steeds rendement nodig om de pensioeninkomens mee te laten groeien met de stijgende prijzen. 

3. Solidair met gepensioneerden

Ten derde hebben we in de nieuwe pensioenregeling van PFZW een gezamenlijke reserve. Er kan sprake zijn van een negatief rendement op de beleggingen. Zonder een reserve leidt dat tot een onmiddellijke verlaging van de inkomens van gepensioneerden. Met een reserve zien we dat we de pensioenen goed kunnen beschermen. Zelfs een stuk beter dan in de huidige regeling. De reserve is een gezamenlijk appeltje voor de dorst. Iedereen betaalt mee aan de reserve. We vullen hem in goede tijden. We gebruiken hem in slechte tijden. 

Zijn er ook nadelen aan de bescherming van de pensioenen?

Bescherming is niet gratis. De reserve moet uiteraard worden gevuld. De euro’s die we in de reserve stoppen, kunnen we niet direct uitkeren als pensioen. Dus de opbouw van de reserve ter bescherming kost een klein beetje pensioen voor iedereen.

Daarnaast kan de reserve, in een langere periode van aanhoudend slechte rendementen, ook leeg raken. In dat geval kunnen de inkomens van gepensioneerden niet langer worden beschermd, en zullen zij alsnog moeten worden verlaagd. In een extreme situatie kan zo’n verlaging fors zijn en oplopen tot 10% of meer. Met andere woorden: de reserve maakt de kans op een verlaging een stuk kleiner dan in de huidige regeling, maar die kans wordt niet nul.    

Eén keer per jaar

Eén keer per jaar stellen we de hoogte van de pensioenen opnieuw vast. Dat doen we in november. Dan kijken we of de pensioenen vanaf januari omhoog kunnen, gelijk blijven of - in hele slechte tijden - omlaag moeten. Je pensioen gaat dus niet elke maand meebewegen met de economie, maar wordt eenmaal per jaar opnieuw bepaald. Dat is in de huidige regeling ook al zo.